Hoe meet je of een student ook op lange termijn de nodige competenties verwerft? Om dit na te gaan, ontwikkelden alle bacheloropleidingen verpleegkunde uit de Associatie KU Leuven samen een digitale voortgangstoets. Deze wordt meermaals per jaar en in alle fases van de opleiding ingezet om langetermijnkennis te meten. Intussen wordt de toets voor het vijfde jaar op rij ingezet, met opvallende resultaten.

 

Dat opleidingen onvoldoende aansluiten bij het werkveld, is een vaak gehoord punt van kritiek. De gangbare manier van evalueren meet echter enkel of studenten de leerstof beheersen op korte termijn. Hierbij bestaat de kans dat studenten snel vergeten wat ze hebben geleerd.

Om dit probleem te verhelpen, sloegen alle opleidingen verpleegkunde van de Associatie KU Leuven vanaf 2007 de handen in elkaar. Met financiering van het Onderwijsontwikkelingsfonds besloten ze samen te werken aan een digitale voortgangstoets.

Twee tot vier maal per jaar nemen de instellingen bij alle studenten van de opleidingen verpleegkunde, ongeacht in welke opleidingsfase ze zich bevinden, éénzelfde toets af. Uit een constant bijgewerkte databank van 5000 vragen wordt een selectie gemaakt van 120 meerkeuzevragen. Studenten krijgen één uur de tijd om deze te beantwoorden. Een half uur na het afleggen van de test zijn de resultaten al beschikbaar.

"De resultaten tonen een duidelijke evolutie in de verworven kennis doorheen de bacheloropleiding,” vertelt Narcisse Vandebosch, stuwende kracht achter de voortgangstoets verpleegkunde. “Wat vooral opvalt in de resultaten van de voorbije vijf jaren, is dat de behaalde scores bij de laatste generaties studenten hoger liggen dan bij aanvang van het project. De laatstejaarsstudenten die dit jaar de test aflegden, scoorden in het eerste semester 9% hoger dan de studenten bij wie in academiejaar 2008-2009 de toets werd afgenomen. Diezelfde tendens is ook waar te nemen in de twee andere opleidingsfasen. Dat toont een duidelijke verbetering van de kwaliteit onderwijs, en impliceert dat afgestudeerden met meer parate kennis het werkveld betreden.”  

"De student kan niet leren voor deze toets en nadien al het aangeleerde vergeten. De voortgangstoets meet immers de beklijvende kennis van alle vakken. Dat maakt deze toets zo waardevol," verklaart Narcisse. "We merken wel nog een dipje in de resultaten bij de overgang van het ene jaar naar het volgende, dus er gaat nog wel een deeltje van de kennis verloren gedurende de zomer. Maar deze toets biedt ons een betrouwbaar meetinstrument op basis waarvan we onze curricula constant aanpassen en onze opleiding verbeteren. Regelmatige bijsturing van de curricula is nodig, aangezien het wetenschappelijk onderzoek in het verpleegkundig domein snel evolueert."